Nieuw-Zeeland, dag 49

We hadden het gisteren al over snurkers gehad en vannacht lag er dus neem op de kamer. Ik ben op z'n minst 2 keer wakker geworden en uiteindelijk wilde ik hem wakker maken. Maar toen ik terugkwam van de wc liet ik de deur per ongeluk dicht vallen en toen draaide hij zich om en stopte. Christina moest vandaag werken en toen ik rond kwart over 7 wakker werd, was ze al weg. Barbara was toch ook naar Wanaka gekomen, maar die bleek vandaag al weer door te reizen. Ik moest dus in m'n eentje gaan wandelen.

Rond 9 uur ben ik eerst naar de Department of Conservation gelopen om naar walking trails in Te Anau te vragen aangezien ik daar op Eerste Kerstdag aankom. Daar hebben ze me mooi geholpen. Ze hadden een foldertje, maar dat kostte geld, maar die vrouw zei dat ik er wel even in kon kijken en foto's van kon maken. Dat heb ik dus maar gedaan. Daarna wilde ik een wandeling gaan doen aan de andere kant van het meer. Eerst moest ik langs het strand lopen en er stond een fris en stevig windje. Ik dacht ook dat er meer sneeuw op de bergen lag, wat goed mogelijk was na alle regen gisteravond. Toch was het aardig druk langs het strand met wandelaars en joggers.

Het duurde best wel een tijdje voordat ik bij het officiële begin was en daar stond een bord dat de trail 3 uur duurde in plaats van anderhalf of 2. Ik zat dus te twijfelen of ik wel zin had om de hele wandeling te doen, want ik moest weer precies hetzelfde stuk terug. Het eerste stuk ging nog langs het strak en er waren echt veel wandelaars en mountainbikers. Omdat het langs het weer was, veranderde er alleen niet zo heel veel in het landschap. Aan de ene kant was het meer met de bergen erachter, aan de andere kant was een wijnboerderij, een soort vakantiepark, een kanukabos, dat erg lekker rook, en af en toe wat huizen.

Verderop werd het wat rustiger en kostte de wandeling wat meer energie. Het pas ging nu namelijk soms steil omhoog. Ik had het strand dan ook achter me gelaten. Na een stukje lopen, kwam ik een bekend gezicht tegen op een bankje op een heuvel. Dat was Bart uit Franz Josef. Ik ben er dus maar even bij gaan zitten. We hebben een hele tijd zitten kletsen en rond 12 zijn we terug naar het centrum gelopen. Daar ben ik naar de supermarkt gelopen, om wat te eten te komen voor de volgende paar dagen. Er is namelijk niet echt een fatsoenlijke supermarkt in Queenstown en ik moet de kerst doorkomen.

Daarna ben ik teruggelopen naar het hostel, waar ik foto's overgezet. Toen ik daarmee klaar was, wilde kon lezen, maar ik merkte dat ik behoorlijk slecht zag met mijn linkeroog. Daar maakte ik me nogal zorgen over. Ik dacht dat het misschien zou helpen om even op bed te gaan liggen en mijn ogen rust te geven. Rond half 6 ben ik maar weer opgestaan en heb ik wat gegeten. Na het eten heb ik met pap en mam gebeld en de rest van de avond heb ik eigenlijk met Christina en een Amerikaanse man op de kamer zitten kletsen.